Niet lullen maar poetsen
Huishoudelijke hulp is onder de Wet maatschappelijk ondersteuning (Wmo) van 2015 nog steeds een taak voor gemeenten. De gemeente Rotterdam koos vanaf 2013 voor een andere opzet. Rotterdammers kregen geen uren toegewezen, maar ze konden aanspraak maken op resultaten. Een Rotterdammer kreeg, in plaats van bijvoorbeeld 5 uur per week huishoudelijk hulp, recht op een schoon huis. Met het recht op een schoon huis maakte de Rotterdammer afspraken met een zorgaanbieder over de verdere invulling. Dit wordt het leveringsplan genoemd.
Op 18 mei 2016 deed de Centrale Raad van Beroep een aantal uitspraken over huishoudelijke hulp in een aantal gemeenten. Deze uitspraken hebben landelijk nogal wat stof doen opwaaien. Zo ook in Rotterdam.
De Centrale Raad van Beroep vindt dat het resultaat ‘een schoon huis’ een duidelijke maatstaf mist. Wanneer is het huis schoon? Wat kan een Rotterdammer verwachten?
Naar aanleiding van de uitspraken is de wethouder Onderwijs, Jeugd en Zorg bezig met het doorvoeren van wijzigingen. De gemeente Rotterdam wil Rotterdammers duidelijk maken welke hulp zij precies kunnen verwachten. Bijvoorbeeld hoe vaak een huishoudelijke hulp per week langs komt. De gemeente Rotterdam kiest er bewust voor om ‘zonder uren’ te blijven werken, maar laat voortaan weten welke huishoudelijke werkzaamheden geboden worden en met welk doel. Het recht op een schoon huis wordt in de toekomst afgegeven (beschikking) met het leveringsplan eraan gekoppeld.
Het is een uitdaging voor de gemeente om te voorkomen dat Rotterdammers door de nieuwe werkwijze langer op een besluit moeten wachten. Het leveringsplan moet namelijk ook af zijn, zodra er recht is op een resultaat. Dat kan in Rotterdams-dialect maar 1 ding betekenen: Niet lullen maar poetsen. Als ombudsman houd ik een vinger aan de pols als het gaat om wachttijden. Laat u het mij weten, als u te lang moet wachten op een besluit of op huishoudelijke hulp?