Gemeentelijke kinderombudsman: “Positie jongeren in de jeugdhulp moet worden verbeterd”
In de gespecialiseerde jeugdhulp moeten jongeren wachten. Wachten op onderzoek, op behandeling, op een plek om te wonen. Soms duurt het wachten kort, maar vaker duurt het lang: van maanden tot soms wel meer dan een jaar. De lange wachttijden hebben een grote impact op de jongeren en het gezin waar ze uit komen. Het leidt tot verergering van de problemen, tot uitval op school en grote spanningen bij de ouders.
Toch liggen oplossingen onder handbereik. Na gesprekken met verschillende jongeren heeft de gemeentelijke kinderombudsman Stans Goudsmit de belangrijkste ideeën van de jongeren opgetekend in het rapport ‘’Het is mijn toekomst! Waar wachten we op?’’ dat vandaag wordt gepresenteerd in het Bibliotheektheater in Rotterdam.
Wat vinden jongeren zèlf
Jongeren worden nog te weinig betrokken in de discussie over wat er beter moet in de jeugdhulp. Om die reden is de kinderombudsman sinds november 2018 begonnen jongeren zélf te bevragen tegen welke problemen zij oplopen als zij gespecialiseerde jeugdhulp nodig hebben. En wat het effect op hun leven is als de hulp uitblijft. Ook wilde de kinderombudsman weten welke oplossingen zij zelf zien.
De kinderombudsman schrok van de eenzaamheid die jongeren ervaren als ze moeten wachten op jeugdhulp: “Ze hebben het gevoel dat ze er alleen voor staan”. Tegelijkertijd hebben jongeren een goed beeld welke oplossingen hen zouden helpen. In het rapport staan die oplossingen van de jongeren. Zo willen jongeren meer duidelijkheid tijdens het wachten, zodat de jongere en zijn ouders weten waar hij aan toe is. Ook voor het onderwijs hadden de jongeren meerdere suggesties: “Hoe mooi zou het bijvoorbeeld zijn als de school een aangepast aanbod kan bieden op het moment dat een jongere vanwege een jeugdhulptraject niet altijd aanwezig kan zijn?”
Ervaringen jongeren staan centraal
Stans Goudsmit: “Het was niet de bedoeling om met dit rapport een compleet beeld van de gespecialiseerde jeugdhulp te schetsen. De ervaringen van jongeren staan centraal. We hebben de grootste problemen beschreven en daarbij de oplossingen, die voor de jongeren het meest effectief zijn. Ik ben er van overtuigd, dat de jeugdhulp verbetert als de oplossingen van de jongeren worden opgevolgd”.
Juist het luisteren naar de jongeren is cruciaal. Tijdens het traject bleek dat bijna alle jongeren zich niet serieus genomen voelen, omdat ze onvoldoende worden betrokken bij de keuzes die over hen worden gemaakt. “Geef de jongere de informatie die hij nodig heeft om te kunnen meepraten en laat hem participeren”, bepleit Goudsmit.
Ook blijkt uit de gesprekken dat de hulpverlener die een luisterend oor biedt aan de jongere daadwerkelijk het verschil kan maken.
Aanbevelingen van de kinderombudsman
Naast de oplossingen van de jongeren geeft de kinderombudsman op systeemniveau nog enkele aanbevelingen mee aan gemeenten en jeugdhulporganisaties. Deze aanbevelingen variëren van het leveren van maatwerk, het inzichtelijk maken van de wachttijden tot het gebruiken van heldere taal.
In de kern draaien alle aanbevelingen erom dat de jongere weer centraal komt te staan in de hulpverlening.
Uitdaging voor de toekomst
Het rapport van de kinderombudsman is vandaag aan de colleges van B&W van Albrandswaard, Capelle aan den IJssel, Hellevoetsluis, Krimpen aan den IJssel, Rotterdam en Vlaardingen aangeboden.
Stans Goudsmit: ‘’Dit is geen eindpunt, maar een startpunt. Nu moeten de gemeenten en instellingen met de jongeren aan de slag om de oplossingen in de praktijk te brengen. Uit de eerste reacties van gemeenten en instellingen spreekt een grote bereidwilligheid om daadwerkelijk de positie van de jongeren in de jeugdhulp te verbeteren. Hier ben ik erg blij mee en ik zal goed in de gaten houden dat er ook actie wordt ondernomen.’’