Rotterdam, 2 september 2014

De heer R. klaagt erover dat de gemeente Rotterdam niet binnen een termijn van acht weken heeft beslist op zijn aanvraag bijzondere bijstand voor de betaling van zijn rekeningen van de ziektekostenverzekeraar. De gemeente had in een brief laten weten dat zij alle mensen met een bijstandsinkomen en een achterstand bij de ziektekostenverzekeraar leenbijstand zou toekennen.

Omdat de gemeente niet tijdig op zijn aanvraag reageerde en de heer R. geen geld had om de rekeningen van de ziektekostenverzekering te betalen, zijn de door de heer R. aan zijn ziektekostenverzekeraar verschuldigde achterstallige bedragen, verhoogd met deurwaarderskosten. Daarnaast heeft hij al die tijd niet kunnen overstappen naar het IZA Cura Rotterdampakket.

Het resultaat is dat de heer R. schulden heeft, meer voor zijn ziektekostenverzekering betaalt en geen aanvullende verzekering heeft. Hij kan de aanvullende verzekering bij zijn huidige ziektekostenverzekeraar niet betalen en bij IZA Cura zou die in het pakket hebben gezeten.

De ombudsman onderzoekt de klacht van de heer R. en constateert dat de gemeente niet binnen een termijn van acht weken op de aanvraag heeft beslist. Pas na twaalf weken nam de gemeente de beslissing dat de heer R. bijzondere bijstand krijgt. De gemeente erkent dat dit te laat is. De heer R. stelt dat de gemeente aansprakelijk is voor zijn financiële schade. De gemeente honoreert de claim en kent de heer R. een schadevergoeding toe.

De ombudsman neemt er met instemming kennis van dat de gemeente de heer R. gezien zijn persoonlijke situatie financieel tegemoet is gekomen  Vanwege de financiële tegemoetkoming die de heer R. inmiddels heeft ontvangen, verbindt de ombudsman geen aanbeveling aan zijn oordeel. De klacht over de gemeente is deels gegrond en deels ongegrond.

Voor het hele rapport klik hier