“Erg gelachen heb ik om de conclusie van de gemeente!”
Mevrouw V. belt naar de ombudsman. Ze heeft een klacht over het loket Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) van de gemeente Nissewaard. Mevrouw V. is lichamelijk fors beperkt en heeft een visuele handicap. Ze woonde tot eind 2014 in Hoogvliet en kreeg in die tijd van de gemeente Rotterdam verschillende vormen van hulp.
In verband met haar verhuizing van Hoogvliet naar Spijkenisse (gemeente Nissewaard) heeft ze met hulp van de Stichting MEE bij het Wmo-Loket aanvragen ingediend om deze hulp ook van de gemeente Nissewaard te kunnen krijgen. Het gaat om aanvragen voor:
- een binnen- en een buitenrolstoel,
- een douchestoel,
- aanpassingen in haar woning,
- huishoudelijke ondersteuning en
- ondersteuning bij de administratie.
Omdat ze van de gemeente Nissewaard niets hoort, belt ze een aantal keer naar het Wmo-loket om naar de stand van zaken te vragen. Dat levert geen resultaat op. In eerste instantie legt mevrouw V. haar klachten aan de gemeente voor, maar de gemeente verklaart de klachten ongegrond. Uit de klachtafhandelingsbrief van de gemeente Nissewaard blijkt dat de gemeente een aantal onjuiste aannames heeft gedaan. Zo heeft mevrouw V. helemaal geen douchestoel en ook geen scootmobiel van de gemeente Rotterdam meer. Is er sprake van een miscommunicatie? Mevrouw V. schrijft de ombudsman in een e-mail: “Erg gelachen heb ik om de conclusie van de gemeente Nissewaard: dat de aanvragen zijn afgehandeld”.
De ombudsman vindt dat er met spoed iets moet gebeuren. Het is inmiddels mei 2015 en mevrouw V. is sinds december 2014 alleen maar op bed gewassen. Ze komt ook niet meer buiten en kan weinig bewegen, waardoor ze ook bang is dat haar gezondheid verder achteruit zal gaan. De ombudsman stuurt daarom een brandbrief naar de wethouder Zorg en Volksgezondheid waarin hij om actie vraagt. De wethouder reageert binnen een week. Een aantal oplossingen geeft direct verlichting, andere oplossingen zijn door de gemeente in gang gezet. De ombudsman houdt een vinger aan de pols door regelmatig telefonisch contact met mevrouw V.
De voortgang gaat trager dan gehoopt. Dit komt bijvoorbeeld doordat de rolstoel moest worden besteld in het buitenland. Ook kostte het veel tijd om de rolstoel op maat te maken. Deze vertragingen kan de gemeente niet worden aangerekend. Sinds de brief van de ombudsman aan de wethouder wordt in opdracht van de gemeente helder gecommuniceerd door de betrokken firma. Mevrouw V. voelt zich serieus genomen. In augustus 2015 laat mevrouw V. weten dat ze blij is, omdat ze alsnog alle hulpmiddelen en zorg heeft ontvangen. Mevrouw V. begint zich thuis te voelen in Spijkenisse. Haar gezondheid is niet achteruit gegaan. De ombudsman is tevreden en sluit het dossier.