Een woordenwisseling zonder gevaar maar met gevolg
Samenvatting dossier 9857
De heer J. vraagt bij de gemeente een uitkering aan. De afhandeling van zijn aanvraag verloopt niet soepel. Hij zit al 4 maanden op een beslissing te wachten en zijn geld is helemaal op. Bovendien komt de Kerst eraan. Daarom wordt er met spoed een afspraak gemaakt op 19 december 2019.
De heer J. zit op 19 december 2019 op tijd in de wachtruimte van Herenwaard. Hij denkt dat zijn beurt wordt overgeslagen en vraagt aan de beveiliging hoe dat kan. Er ontstaat een discussie en de heer J. besluit ter plaatse 14010 te bellen om een klacht te dienen.
De beveiliging vindt dat de heer J. de orde verstoort en vraagt hem weg te gaan. Dat doet de heer J. Op zijn klacht over de gang van zaken reageert het klachtenbureau Maatschappelijke Ontwikkeling van de gemeente dat de afhandeling van zijn aanvraag voor een uitkering is opgeschort in afwachting van een ordegesprek. De reden daarvan zou zijn dat de heer J. door de politie zou zijn verwijderd. Daarom krijgt hij ook geen voorschot op zijn uitkering.
De heer J. bestrijdt dat de politie hem uit het pand Herenwaard heeft gezet. Hij vindt het schandalig dat de gemeente hem na 4 maanden de kerstdagen instuurt zonder geld. De gemeente houdt echter vol dat de politie hem wel heeft verwijderd en dat het terecht is dat hij geen voorschot krijgt omdat hij de orde verstoorde. Eerst moet de heer J. op een ordegesprek komen. De heer J. weet niet wat hij hier tegen kan doen. Op advies van de politie gaat hij naar het Juridisch Loket. Het Loket verwijst hem naar de ombudsman.
Van de politie hoort de ombudsman dat de heer J. al vertrokken was toen het politieteam bij het kantoor Herenwaard aankwam. De gemeente erkent tijdens het onderzoek van de ombudsman dat de klachtafhandeling op dit punt niet juist was. De ombudsman vindt dat de gemeente zich niet behoorlijk tegenover de heer J. heeft gedragen. De klachtafhandeling was duidelijk niet goed voorbereid en de ombudsman vindt het onredelijk om de heer J. zonder geld te laten zitten vanwege een discussie en bellen in een openbare ruimte.
De gebeurtenissen overziend vindt de ombudsman dat de gemeente veel betere informatie moet geven over wat een contactloze periode inhoudt en waarom die wordt opgelegd. Ook vindt de ombudsman dat de brieven van de gemeente net als besluiten een bezwaarclausule bevatten, bij dit soort zware maatregelen een ‘klachtclausule’ in zijn brieven moet opnemen. Daarover doet de ombudsman een aanbeveling aan de gemeente.
Lees hier het rapport.