Driemaal is geen scheepsrecht?
Samenvatting dossier 6036
De heer B. van N. Party Events wil onder de naam ‘Overschie Leeft’ in de deelgemeente Overschie van de gemeente Rotterdam een 2-daags evenement organiseren. De locatie is de Grote Kerk in Overschie. De ene avond wil hij een discoavond organiseren, de andere avond een Hollands feestje.
De heer B. maakt afspraken met de leden van de Grote Kerk te Overschie en legt zijn plannen voor aan de gemeente. De gemeente vraagt aanvullende stukken die hij inlevert. Naar aanleiding daarvan geeft de gebiedsadviseur horeca van de gemeente Rotterdam aan dat de Grote Kerk niet over de juiste exploitatievergunning beschikt. ‘Overschie Leeft’ kan om die reden niet in de Grote Kerk plaatsvinden. Om de juiste vergunning te krijgen, ontbreekt de tijd.
De gemeente geeft aan dat er in Overschie misschien 2 andere mogelijke locaties zijn. Een van de locaties blijkt ook niet de juiste vergunning te hebben en de andere locatie mag door een aanwijzing van de burgemeester tijdelijk geen harde muziek meer draaien. De heer B. probeert het evenement nog te verplaatsen naar Vlaardingen. De mensen die al een kaartje hebben gekocht, eisen echter massaal hun geld terug.
De heer B. benadert de ombudsman over de situatie. De heer B. geeft aan dat hij wordt bedreigd en dat hij failliet dreigt te gaan. Hij voelt zich onvoldoende gehoord en gesteund door de gemeente Rotterdam. De ombudsman besluit de klacht van de heer B. met een aantal vragen aan de gemeente voor te leggen. De gemeente reageert daarop en biedt verontschuldigingen aan voor het niet op tijd de juiste informatie verstrekken. Daarnaast gaat hij zijn medewerkers beter informeren over de vereisten voor het organiseren van een dergelijk evenement zodat organisatoren van evenementen beter en sneller geïnformeerde worden.
De ombudsman bekijkt daarop opnieuw het dossier met de klachten van de heer B. Hij besluit geen verder onderzoek naar de klachten van de heer B. in te stellen omdat de gemeente nu wel de juiste informatie heeft verstrekt en verontschuldigingen aanbiedt. De ombudsman kan geen rol spelen bij het toekennen van een eventuele schadevergoeding.